Hoe herken je een eetstoornis?
Een eetstoornis is te herkennen aan verschillende signalen. Toch komt het nog vaak voor dat een eetstoornis niet wordt (h)erkend door je omgeving, huisarts of door jouzelf. Bij mijzelf duurde het ongeveer 5 jaar voordat echt duidelijk werd dat ik leed aan anorexia nervosa. Dit terwijl de signalen eigenlijk hartstikke duidelijk waren. Een veel te lange tijd als je het mij vraagt. Daarom pleit ik er ook voor jou voor bij vermoedens van een eetstoornis om écht hulp in te schakelen. Beter kun je aan de bel trekken en hulp inschakelen, dan jarenlang met jezelf worstelen.
Wat zijn de belangrijkste signalen voor een eetstoornis?
Geest
- Je bent bang om aan te komen of dik te worden
- Je beweegt obsessief om gewicht te verliezen
- Je streeft een onrealistisch ideaal gewicht na
- Je hebt veel negatieve gedachten over jezelf
- Je controleert je lichaamsgewicht door compensatie in voeding
- Je bent ervan overtuigd dat slank zijn gelukkig maakt
- Je piekert veel
- Het getal op de weegschaal of jouw gewicht bepaalt jouw stemming
Eetgedrag
- Je eet te veel of te weinig
- Voedselbeperking: je gaat bepaalde producten vermijden/ ontwikkelt een ‘verboden voedingslijst’, je rangschikt voeding in ‘goed en slecht’
- Je eet veel in een korte tijd en hebt het gevoel de beheersing over het eten kwijt zijn. Voorbeelden zijn: voedsel hamsteren, voedsel stelen uit voorraad- of koelkast, zeer snel eten zonder te proeven, bevroren voedsel eten, uit de prullenbak eten etc.
- Je slaat maaltijden over: je geeft vaak aan “geen trek” te hebben
- Je bedenkt smoesjes en trucs naar je omgeving toe om niet te hoeven eten
- Je braakt of laxeert na het eten
- De hele dag door denk je aan afvallen, compenseren en/of calorieën tellen
- Je gooit eten stiekem weg
- Je wilt op vaste tijden eten. Afwijken hiervan vind je erg lastig
- Je vermijdt situaties waarin gegeten wordt (feestjes, traktaties etc.)
- Je eet stiekem wanneer anderen er niet zijn (bijv. als je partner, huisgenoten of kinderen weg zijn)
- Je wilt niet eten in het bijzijn van anderen
- Je leest etiketten van producten om te bekijken wat erin zit
- Je kiest voeding met zo min mogelijk calorieën of vetten
- Je kookt graag voor anderen, zo lang je het zelf maar niet op hoeft te eten
- Je treuzelt/ speelt met eten tijdens de maaltijd, je kauwt lang op je eten, je snijdt je eten in kleine stukjes en/of rangschikt je eten op je bord
- Je drinkt veel om je eetlust te onderdrukken of drinkt juist veel te weinig
- (Te) veel geïnteresseerd zijn in informatie over ‘gezond eten’: recepten verzamelen op internet of in boeken, sport/beweeg/dieetlijsten opzoeken, letten op wat een ander eet
- Je voelt je schuldig wanneer je voor jouw gevoel te veel hebt gegeten
- Je voelt je gespannen rondom eetmomenten
- Je schaamt je voor jouw eetgedrag
Lichaam
- Gewichtstoename, gewichtsverlies of schommelingen in je gewicht
- Vage klachten als hoofdpijn, vermoeidheid, weinig energie, flauwvallen en duizeligheid
- Uitblijven of onregelmatige menstruatie
- Kouwelijkheid: blauwe en koude handen, voeten en neus
- Slaapproblemen
- Bleke huidskleur
- Gebitsproblemen, waaronder gaatjes
- Keelpijn, heesheid en opgezette speekselklieren
- Maag-en/of darmklachten (buikpijn, misselijkheid, maagzuur, boeren, winderigheid)
- Vaak dragen mensen met een eetstoornis extra wijde kleding of verschillende laagjes om het lichaam te verhullen
- Je voelt je somber
- Je schaamt je voor jouw lichaam